Na een verwoestende brand concludeert Fanrow dat zijn bedrijf volledig verloren is gegaan. Om de kost te verdienen moet hij en diens vrouw elders opzoek gaan naar werk. Tijdens hun zoektocht ontmoeten zij een schotse uitvinder genaamd Bean Ross, waarmee ze aan de praat raken. Zij komen tot een overeenkomst om samen met professor Boryendrew een briljant futuristisch project op te starten, dat de tijd ver vooruitgaat. Na het gesprek roept de schotse uitvinder de eigenaar van de Iers uitziende herberg erbij. In zijn gelaatsuitdrukking is zijn levenservaring af te lezen. Na een gezamenlijke borrel biedt O ‘Sullivan hun een bed aan met een dagelijks ontbijt en diner. Na een aantal dagen leren zij de vrolijke verfijnde eigenaar een beetje kennen. Het ruwe randje dat soms de kop op steekt bevalt de potige Fanrow wel.
Als Boryandrew en Amy na een aantal weken aankomen gaan ze in overleg met elkaar. Het opstarten van Ross zijn project verloopt niet vlekkeloos. Boryandrew en Fanrow moeten erg wennen aan zijn bijzondere opvatting en werkwijze. Het realiseren van zijn ideeën gaat hun echter beter af. Gedurende de tijd wordt de samenwerking beter, omdat zij de uitvinder al een aantal keren uit den brand hebben geholpen. Tijdens een gezellig diner geeft Ross eerlijk toe dat hij erg halsstarrig kan zijn. Na het eten spreekt hij zijn waardering uit over hun.
De volgende morgen komt O ‘Sullivan met Amy en Dafurius bij Bean Ross op de koffie. De vrouw des huizes roept hun naar binnen. Het vermoeden dat zij vrienden zijn wordt waarheid. Fanrow’s oog valt op een muurtafeltje waarop de hoorns des overvloeds ligt. Kathy, de vrouw van de uitvinder ziet de ingenieur kijken en zegt dat zij binnenkort Mabon gaan vieren. Het viertal gaat er vanuit dat het in de pub, wat bij de herberg hoort, gehouden zal worden. O ‘Sullivan die hun gedachte lijkt te lezen zegt dat het op een Schots eiland genaamd Iona zal plaatsvinden.
Een paar dagen voor hun vertrek wordt de stilte van de nacht bruut verstoord. Een paar rebellen die hun als satanisten betitelen, dringen de herberg binnen. Zij eisen het geheime project van Bean Ross op. De eigenaar krijgt hierbij rake klappen totdat de ingenieur ertussen komt. Hij die erg bekwaam is in het vuist vechten weet de vandalen in een mum van tijd de tent uit te werken. Amy en Dafurius bieden direct hulp aan O ‘Sullivan. Boryandrew krijgt de ingeving om zo snel mogelijk naar Ross te gaan om hem te waarschuwen. Als hij daar aankomt weet hij en de uitvinder op tijd de tekeningen van zijn hypermoderne project te verruilen voor andere tekeningen die er op lijken. Ross die wel vaker overvallen is, weet precies hoe hij zijn belagers om de tuin moet leiden. Als de rebellen vol bombarie binnenvallen, pakken zij de uitvinder vast. Ze brullen hem om zijn tekeningen mee te geven. De uitvinder die heel rustig blijft vermeld dat deze in zijn werkruimte ligt. Als zij de buit hebben, lachen ze Ross toe dat hun naam straks heel groot zal zijn. Bij het vertrek schoppen zij de tafel en de vitrinekast omver. De opluchting dat ze erin getrapt zijn is van zijn gezicht te lezen.
Na dit gebeuren verteld de uitvinder dat deze vandalen ooit zijn pupillen waren. Gezien Ross onenigheid kreeg met een aantal belangrijke hoogleraren, is hij op non actief gezet en voor gek verklaard. Maar afgezien van dat feit, wordt hij sterk in de gaten gehouden vanwege zijn kundigheid. Als iedereen bij Ross binnen staat nemen zij de schade op. In een nacht ruimen zij alles op, waarna zij met hun project direct naar Iona afreizen.
Als zij na een rumoerige boottocht bij Iona Abbey aanmeren, stapt Dafurius direct naar het hoog kruis. De zware regen geeft de abdij iets strengs en statigs. Met eerbied lopen zij eromheen waarna ze naar binnen treden. Ze lezen daar over de Ierse heilige Columba die dit klooster in 565 stichtte. Dat daarna een netwerk van kloosters en bisdommen zich verspreidde maakt veel indruk. Ze kunnen zich voorstellen dat er mensen zijn die dit eiland als heilige of magische grond beschouwen.
Tijdens een rondwandeling zien zij een schim tussen de ruwe rotsen bewegen. Hetgeen wat ze gezien hebben is in het niets verdwenen. Om te weten wat het nou precies was, ging het te vlug. Vanaf het moment van dit gebeuren, houdt iedereen de omgeving scherp in de gaten. Het gevoel dat er een aanwezigheid in hun midden is beheerst de groep. De nuchtere schot begin te lachen en zegt dat ze moeten stoppen met het gek maken van elkaar. Maar dan ineens hoort de ingenieur een paar steentjes verschuiven, waarna een pijnlijke kreet volgt. Zonder nadenken springt hij er bovenop. De slaande hand van een vrouw gaat rakelings langs zijn hoofd. Als hij haar hand vastpak begint ze oorverdovend te gillen
“stilte!” vermaand hij haar streng en vraagt waarom zij hun volgt.
Als Boryandrew een olielamp bij haar gezicht houdt, ziet hij dat het om een mensachtige van buiten de aarde gaat. Zij spreekt tot hun grote verbazing wel hun taal.
Zij excuseert zich over het feit dat zij hun stiekem volgde, waarna ze aangeeft te willen vertellen waarom. Aandachtig luisteren zij naar haar verhaal en staan versteld dat ze met een Nordic, afkomstig van de Pleiade te maken hebben. Ze zegt al jaren op Iona woonachtig te zijn om naast de geschiedenis van Columba en de Keltische traditie, ook iets te willen mededelen over de oorspronkelijke bewoners, waar nauwelijks wat van bekend is. Ze vermeld dat die beschaving waarschijnlijk door de Vikingen zijn uitgeroeid. Iedereen vraagt zich af om welke beschaving het gaat. Voordat Dafurius het haar wilt vragen, loopt ze op O ‘Sullivan af. Zij streelt hem over zijn wang, waarvan hij terugschrikt. Ze vraagt hem dit niet te doen.
Ze zegt: “je draagt deels het bloed van de Picten en daarom verschijn ik aan jullie.”
Het raadsel waar O ‘Sullivan al bijna heel zijn leven mee worstelt, wordt eensklaps opgelost. Hij bedankt haar en vraagt of zij meer van dat vergeten volk wilt vertellen. Ze knipoogt en zegt dat dit duidelijk zal worden tijdens de viering van Mabon.
Een aantal dagen voor de feestdagen, werken zij aan het futuristische project. Ze ervaren dat het eiland een inspirerende werking heeft. Geregeld denken zij aan Columba, de Keltische traditie en de Picten, die mogelijk in nauw verband hebben gestaan met de Kelten. Als zij op de vooravond van het feest over de Atlantische oceaan kijken, ervaren zij de kracht van de stilte. Fanrow doorbreekt de stilte door te constateren, dat dit deel van de oceaan grenst aan de Noorse zee. Tijdens het delibereren over de grenzen, krijgt Borandrew een bijzondere ingeving. Deze vermeld dat een onbekende beschaving van buitenaardse afkomst hun over de Picten gaat vertellen. Heel even krijgt Boryandrew een beeld bij wie ze zijn en hoe dit gaat verlopen. Dit overweldigt hem zodanig dat hij zijn evenwicht verliest en op de grond valt. Amy vraagt wat er aan schort, maar krijgt geen antwoord. Boryandrew puft en gaat weer staan. Op gekscherende wijze licht hij hun in, dat sommige ingevingen als een bom kunnen inslaan.
Bij een goed glas abdijbier verteld Boryandrew meer over wat hij gezien heeft. Iedereen kijkt naar de professor als hij begint met dat hij door een onbekende beschaving is benaderd. Voordat hij verder gaat denk hij over hoe hij dit moet verwoorden. Hij deelt mede dat deze beschaving van het Alpha Centauri stelsel afkomt, dat gelegen ligt aan de zuidelijke hemelkoepel. Amy kijkt haar man fronsend aan en vraagt of zij ook op een soort aarde leven. Hij antwoord met dat het daarmee wel te vergelijken is. Vol passie wijdt hij uit dat die planeet de rode dwerg Proxima als zon heeft. Als het gezelschap vragen begint te stellen over wat hij daar heeft gezien, zegt Boryandrew dat daar een roodachtig daglicht is dat te vergelijken is met infrarood. Het planten en dierenrijk staat ver van wat we op aarde gewend zijn, voeg hij eraan toe. Als er vragen komen om daar een omschrijving over te geven, schudt hij zijn hoofd. Na aandringen van zijn metgezellen doet hij een poging om het uit te leggen.
Hij begint met dat het dierenrijk iets weg heeft van reptiel en vleermuisachtige wezens, waarna hij het plantenrijk vergelijkt met exotische koralen die voorzien zijn van immens grote bladeren. Hij vermeld dat de kleursamenstellingen daar behoorlijk anders zijn als op aarde. Tot slot zegt hij dat de natuur daar veel wilder is dan op de aarde.
Met glunderende ogen gaat de professor verder met dat de beschaving daarentegen zeer ontwikkeld is. Met stem verheffing voegt hij eraan toe, dat zij veel verder staan dan de mensheid op aarde. Zij zijn instaat om informatie uit het allesomvattende veld te isoleren en te repliceren. Als de professor uit den doeken doet, dat de Picten hun goedkeuring heeft gegeven om hun als replica aan de feestende menigte te tonen , staat Amy onthutst op. Ze zegt niet geïnteresseerd te zijn in een replica volk dat een oud programma afdraait.
O ‘Sullivan gaat fel tegen Amy in en zegt dat ze dit niet mag zeggen en rekening moet houden met zijn gevoelens. Iedereen ziet hoe hij er naar smacht om de Picten te zien.
De opgelaaide discussie verstomt als zij geklop op de deur horen. O ‘Sullivan doet open en ziet de Pleiadische vrouw in de deuropening staan. Voordat zij iets zegt, veegt zij voorzichtig een traan uit zijn ooghoek weg.
“geen zorgen, het komt wel goed,” fluistert ze zacht, waarna ze zich richt op het kleine gezelschap. Gebarend nodigt zij het gezelschap uit om mee naar buiten te gaan. De ingenieur die enorm verhit is, stapt als eerste naar buiten, waarna de rest volgt. Eenmaal buiten wijst ze naar een groot vuur dat op de punt van het eiland is ontstoken.
Ze zeg: “het is een poosje lopen eer jullie daar zijn, en denk eraan, dat het een groot knalfeest gaat worden waar velen buitenaardsen aan zullen deelnemen.”
Als zij weer thuis is, zoekt ze via het Kosmisch web contact met het hoogontwikkelde volk uit het Alpha Centauri stelsel. Zij vraagt hun of het mogelijk is dat de Picten zelf naar de aarde komen. Gezien zij zonder toestemming van hun God hierin niet mogen bemiddelen, zeggen zij dit op hoger niveau te gaan bespreken. Na een paar minuten komt het bericht dat ze toestemming hebben.
Als het kleine gezelschap bij het vreugdevuur aankomt, zien zij dat alles al klaar is gezet. Zij denken dat de Pleiadische vrouw daar verantwoordelijk voor is. O ‘Sullivan ‘s oog valt op een witgeschilderde kei waarop een stuk tekst staat geschreven. Als hij ziet dat het in een vreemde taal staat, wenkt zijn vriend Bean Ross die velen talen beheerst. Als hij de tekst ziet, spreekt hij de vreemde woorden vloeien uit, tot wel een paar keer achter elkaar. Direct daarna dringt een gigantische komeet door de atmosfeer heen. Het gezelschap rent voor hun leven, maar blijft stilstaan als ze zien, dat het een gigantisch luchtschip is dat uit vuur blijkt te bestaan. Met gesperde ogen kijken zij toe, hoe een wenteltrap daalt tot vlak boven het zeeoppervlak. Een fractie van een seconde later galoppeert een tal van centaurs over de trap, waarna zij zonder te zinken het water betreden. Bij het zien van deze gebeurtenis worden zij bevreesd. Met grote snelheid stormen zij recht op hun af. In een flits ziet Fanrow, dat de voorste centaur bereden word door een amazone die een dodecaëder in haar hand houdt. Tevergeefs proberen zij te vluchten.
Zij smeken God dat het om goedaardige wezens gaat. Het kleine gezelschap wordt omringt door deze krachtige mythische wezens. De beeldschone amazone stapt af en stelt zich als Epona, de paarden en vruchtbaarheidsgodin voor. Wijzend naar haar Kosmische meetinstrument, zegt ze dat ze ook waakt over de tijd en de wintergranen. Eén van de centaurs spreekt uit dat de mensachtige, waarmee zij de planeet delen, pas tegen middernacht zullen arriveren, gezien zij de Picten vanuit een heel andere Kosmische deel moeten ophalen. O ‘Sullivan krijgt de eer om het feest alvast te openen.
Epona wijst een krachtige centaur aan, waarop de Ierse herbergier gaat zitten. Hij krijgt een grote fakkel in zijn hand gestopt. Als Epona hem de opdracht geeft om zijn diepste wens hardop uit te spreken, zijn alle ogen gericht op hem gericht. Uit volle borst spreekt hij zijn wens uit, waarna iedereen een centaur krijgt, waaronder de Pleiadische vrouw. Met Epona en O ‘Sullivan voorop rijdt het gezelschap over het eiland, waarna ze de Atlantische oceaan betreden. Niet wetende dat het energieveld van de centaurs bescherming biedt tegen alle omstandigheden, treden zij na verloop van tijd buiten de dampkring. Een ieder ervaart dit als de ultieme vrijheid. Tijdens de Kosmische reis laat de centaurs ze kennis maken met de werelden die de aarde omringen. Sommige van hen reizen mee om deel te nemen aan het feest op Iona.
Na een poosje koersen zij naar de achterzijde van de maan. Ze galopperen een heel stuk over het maanlandschap, totdat ze bij een iets wat anders uitziende maankrater komen. Eenmaal daarin treffen zij een dikke metaalachtige deur aan die verzonken ligt. Als deze wordt geopend gaan Epona en O ‘Sullivan als eerste naar binnen. De rest volgt hun aarzelend. Na tien minuten komt een aantal Nordics het grote kale vertrek binnen. Na een korte toespraak over wie ze zijn en waar ze voor staan, wordt hen verzocht om af te stappen en mee naar binnen te gaan.
Tegen alle verwachtingen in treden zij een sfeervolle zaal binnen dat smaakvol is ingericht. Als zij de zaal bewonderen, worden zij wederom verast. Zij zien dat de Picten en het hoogontwikkelde volk ook aanwezig zijn. Dafurius die naast de Nordicse vrouw staat fronst haar wenkbrauwen. Ze zegt dat de centaurs niet eerlijk zijn geweest tegen hun, waarop ze van haar metgezellin bijval krijgt. Zij zegt ook verrast te zijn over hun aanwezigheid hier. Haar excuus dat ze had moeten vertellen, dat deze beschaving wat betreft afspraken en planning een vreemde opvatting hanteert, maakt een hoop goed. Als één van hen hun discussie oppikt, stapt deze naar voren om uit te leggen, dat afspraken niet tot in de puntjes behoren nageleefd te worden. Dit, om sleur en afstomping te voorkomen. Voordat Dafurius tegen hem in wilt gaan is de excentrieke snelle spreker haar voor. Hij vraagt of zij zich niet enorm vermaakt heeft tijdens de reis op de centaurs. De slanke vurige dame moet bekennen, dat het een hele ervaring was wat heel haar leven zal blijven bijhangen.
Glunderend knikt de vreemdeling en zegt: “dan zijn we er toch!”
Na ongeveer een uur blaast iemand op een hoorn en wijst naar een decoratiestuk dat de hoorn des overvloeds uitbeeld. Het is iedereen wel duidelijk dat dit het teken is om met alle genodigden terug te keren naar Iona. Als zij in de vertrekhal komen zien zij dat het aantal centaurs is verdriedubbeld. Voor iedere genodigde is er één beschikbaar. Als de groep op aarde is afgezet, komt het luchtschip van vuur uit het niets de centaurs ophalen.
Gezien iedereen nog vol adrenaline zit, heeft het feest geen aanloop nodig. Er wordt gedanst en plezier gemaakt, waarbij men ook een stiltetijd inlast om de herfstequinox te gedenken. Epona maakt een cirkel waarin ze sleedoorn, rozebottel en de mispeltakken legt. Dezen worden met diens onrijpe vruchten omringt. Op een grote weegschaal legt zij een paar uitgeholde pompoenen, waarvan één voorzien wordt van het wintergraan en de ander van bloembollen. Zij houdt een korte speech over de exacte balans tussen dag en nacht dat twee keer per jaar voorkomt. Als zij een glas abdijbier ophoudt begint de Ierse muziek en dans.
O ‘Sullivan is gedurende het feest bij de Picten te vinden. Naast het vieren van feest, vertellen zij alles over hun geschiedenis en hun ondergang. De herbergier voelt zich aangetrokken tot dit goedgebouwde volk dat blauwe tatoeages draagt. De mythe dat het meedogenloze barbaren waren, is wat O ‘Sullivan betreft, omvergeworpen. De wens die hij uitsprak is in vervulling gegaan en krijgt de gelegenheid om nog twee wensen te mogen doen. Een jonge deerne wordt naar hem toegezonden door haar vader. Zij spreekt haar liefde op het eerste gezicht uit en trekt hem naar de dansende menigte. In eerste instantie gaat het wat onwennig, maar wordt door zijn metgezellin meegetrokken. Uiteindelijk danst hij net als de Picten met een ontbloot bovenlijf. Het voelt heel vreemd om na een paar uur al het gevoel te hebben iemand al jaren te kennen.
De Nordics en de onbekende beschaving van Centauri, houden zich voornamelijk bezig met Fanrow, Boryandrew en Ross. Zij inspireren hun hoe zij het project, wat de tijd ver vooruitgaat, het beste kunnen uitwerken. Echter krijgen zij de waarschuwing om hiermee niet naar buiten te treden, gezien de tijd daar nog niet rijp voor is. Als alles weer gewoon is, kunnen de drie mannen op hun bijval rekenen met het door ontwikkelen van de nieuwe technologie.
Als het feest tegen het einde begint te lopen, krijgt O ‘Sullivan de tatoeages die de Picten dragen. Als de jonge vrouw deze aanbrengt, bind de vader haar in de echt met de Ierse herbergier. Nadat dit gebeurt is brengen ze een toost uit, waarna het feest weer in hevigheid oplaait. Pas als het luchtschip van vuur de centaurs stuurt om alle buitenaardse genodigden op te halen, stopt het feest. Een verdrietig moment volgt, want het nemen van afscheid valt de jonge deerne niet mee. Nadat zij haar volk en haar vader vaarwel heeft gezegd, stapt een ieder op een centaur. De menigte galoppeert naar het schip van vuur, die daarna met een flits verdwijnt in het niets.