Vriendelijk gaat het eraan toe. Warmte en liefde is aanwezigheid, maar heeft geen overweldigend karakter. Waar bevindt deze plaats?
Gedachten worden één voor één in een schaal gelegd. De als een priester uitziend persoon bekijkt de gedachten zodra de schaal vol is en het hoofd leeg.
Geen spoortje van oordeel is van het zwijgzame gezicht af te lezen, noch uit de sfeer is dit te herleiden. Het voelt vreemd, maar deze vorm van aandacht geeft geborgenheid.
Zonder gedachten zou het leven er totaal anders uitzien. Zo puur, met een bod aan verassende wendingen. Een glimlach verschijnt op het serene gezicht. Zonder woorden is er duidelijkheid ontstaan.
Spontaniteit heeft nu de ruimte. Verdriet wordt zonder mitsen en maren aanvaard. Gevoel is altijd eerlijk, twijfel is daardoor geweken.
Een mooie anderwereld ligt geborgen onder de dominante wereld van gedachten. De mitsen en maren, het verdraaien en in twijfel trekken van andermans ervaringen is een voedingsbodem waaruit verwijdering kan ontstaan.
Gevoelens correspondeert zonder oordelen met de omgeving. Perfectie en controle speelt daarin geen rol. Een voedingsbodem waaruit liefde, wijsheid en eenheid kan ontspruiten.